Lang waren onze boeren één van de visitekaartjes waar dit land om bekend stond, tot in alle uithoeken van de wereld waren onze jongens en meiden op de trekker bekend.
Wat nu rest aan populariteit omtrent deze beroepsgroep – althans voor die rovers op het Binnenhof – moet gezocht worden in de nostalgie van een lied van Alexander Curly en het programma van blonde stuiterbal Yvonne Jaspers.
Voor de politiek is de boer ronduit uitschot geworden, een beroepstak zonder bestaansrecht, die door sluipmoordenaar Carola Schouten – quote T. Baudet – vakkundig de nek omgedraaid wordt met de daarbij behorende hypocriete tranentrekker: ik heb echt hart voor de boeren.
Schouten, het prototype boerenstamper met genoeg vlees aan de botten om even het hooi in te duiken en de juiste barensheupen om aan dit plezier, in de traditie van het grote boerengezin, een vervolg te geven draait bijna met een gemakzucht de hele sector de nek om, waarmee je haar in je fantasie ook een big te voorschijn ziet trekken uit een kermende zeug…… met harde hand en een niet lullen maar poetsen mentaliteit.
Deze ferme, en waarschijnlijk uit de klei getrokken, erotische fantasie voor de liefhebber van net iets te groot en stevig, staat haar mannetje in de Haagse politiek, wat zeg ik ze lijkt tegenwoordig wel de enige vent met ballen daar.
Maar wat is dat tegenwoordig toch met die christelijke partijen, dat ze in een soort van heruitvinding van de katholieke inquisitie, gewoon maar ons hele land aan het slopen zijn.
We hebben Hugo ‘de verschrikkelijke’ de Jonge die….. ja wat sloopt die eigenlijk niet?
En dan is daar nu Carola die als een eigentijdse ‘Goeie Mie’ (gifmengster uit Leiden 1839 – 1915) langzaam onze – voorheen – nationale trots vergiftigd.
Weegt op zondag even langs de kerk gaan om je zonden te belijden nu echt op tegen een wekelijkse agenda van verderf en tirannie, of verwacht Carola dat haar imposante heupen ook daarboven zijn opgevallen, om in de goede kerkelijke traditie misschien ook in het hiernamaals nog voor wat ‘kerkelijk’ plezier te zorgen, en daardoor alvast vergeven te worden voor al haar zonden?
Ik weet, het klinkt wat vergezocht, zeker voor een atheïst, maar er moet toch een verklaring zijn voor het feit dat zowel Schouten als de Jonge zich voorstaan op hun christelijke opvoeding en geloof, maar dat zij zich daarbij als ware duivels gedragen.
Michel Mulder